Een mama voelt zich machteloos wanneer de school van haar kinderen beslist om hen geen extra zorg meer te geven. De school steekt de schuld op het nieuwe ondersteuningsmodel in het Vlaamse onderwijs en op de Vlaamse overheid en de koepels die niet alles geregeld krijgen.

Een lagere school weigerde het toestaan van compensatiesoftware bij evaluaties voor het vak ‘Spelling’, voor een leerling met dyslexie en dysorthografie. De school stelde dat deze aanpassingen niet wenselijk waren en de leerling ‘bevoordeelde’ in plaats van op gelijke hoogte stelde met de andere leerlingen.

In het kader van een dossier rond het weigeren van redelijke aanpassingen voor een student Handelswetenschappen met dyscalculie, nam een universiteit contact op met Unia. De universiteit legde de beslissing voor en vroeg advies.

Een leerling in het derde leerjaar lijdt aan overgevoeligheid voor elektromagnetische straling. De nabijheid van wifi-straling veroorzaakt bij haar chronische gewrichtspijnen, hoofdpijn en slapeloosheid.

Een jongen van vier met het syndroom van Down heeft het moeilijk om voor langere tijd geconcentreerd te blijven en heeft soms de drang om de klas te verlaten. De school stelt redelijke aanpassingen voor. 

Een leerling in het vijfde middelbaar heeft ernstige gewrichtspijnen, kan zich moeilijk voortbewegen en is vaak onvoorzien afwezig. Zijn moeder vraagt aan Unia bijstand om redelijke aanpassingen te bekomen met het oog op de examens.

Een student met schizofrenie kan zich niet inschrijven voor de lerarenopleiding. Unia adviseert hem om het ministerie van onderwijs hiervan op de hoogte te brengen en hen te wijzen op het discriminatoire karakter. 

Omdat een leerkracht uit de basisschool niet opgezet is met een tolk gebarentaal in zijn klas, beslist de directie om de tolkuren terug te schroeven.

Na vier jaar is een leerling met het syndroom van Down niet meer welkom op zijn school. De directie wou de inschrijving stopzetten omdat de nodige aanpassingen onredelijk zouden zijn. 

Een leerkracht van het vierde leerjaar bleek het erg moeilijk te hebben met de aanwezigheid van een tolk Vlaamse Gebarentaal (VGT) in de klas. De directie van zijn school besloot daarop om voor het tweede semester minder VGT-uren aan te vragen.